Mol – Moest Lord Baden-Powell indertijd een gietvorm gemaakt hebben voor de ultieme scout, hij was uiteraard bij Wieter Ooms uitgekomen. Nog voor deze zijn nestels zelf goed kon knopen, liep hij al rond met een korte, ribfluwelen broek en alle bijhorende attributen. Welpje, jongverkenner, verkenner, groepsleider…Wieter was het allemaal. Of beter gezegd, deze vrolijke vrijgezel is het na zeventig lentes nog altijd. Met geen stokken is hij bij het scoutslokaal weg te houden en zijn wijsheid en inzicht worden alom geroemd. Net zoals hij in het wijdvertakte verenigingsleven een rots is om op te bouwen. Geen wonder dus dat het scoutslokaal aan de Ezaartse St.-Willebrordusstraat volgepropt geraakte met busladingen vrienden. Er werd menige scoutshand geschud, in de andere bengelde nogal eens een pintje.